Redden…

Lieve Lars, ik heb lang getwijfeld of ik dit zou schrijven. Maar het blijft me bezig houden. Vorige week was er een vlinder in de sportschool. Ik stond op de loopband en de vlinder was vlak naast me. En natuurlijk moet ik dan meteen aan jou denken. Wilde ik dat jij die vlinder was. Dat je naar me toe was gekomen. Natuurlijk weet ik dat dat helemaal niet kan. Maar toch… Ik probeerde de gedachte snel weg te drukken. Want de vlinder was binnen. Hij was niet vrij, de vlinder wist niet de weg naar de open deur te vinden. En ik… ik deed niks. Ik weet niet waarom ik op dit soort momenten verstijf. Waarom heb ik de vlinder niet gered. Wat als jij wel de vlinder was geweest. De volgende dag zaten papa en mama in de tuin. Per toeval kwamen we erachter dat er een zwaluwtje vast hing in de klimop van de buren. Heel onwerkelijk, want hoe kan daar nu een zwaluw in vast komen te zitten. Weer wist ik niet wat ik moest doen. Papa gelukkig wel. Hij is naar de tuin van de buren gegaan en heeft het zwaluwtje los gemaakt. Ik denk dat het twee dagen later was, dat ik weer op de loopband in de sportschool stond. Het was zo raar, maar het leek of dezelfde vlinder weer binnen was of misschien wel nog steeds. Maar nu vloog de vlinder zich klem tussen de schuifdeuren. De mama van Coen was ook in de sportschool. Ik had haar verteld over de steen die je gekregen hebt van het UMCG. Met het papiertje dat jij een steen hebt verlegd. Ze zei dat daar een lied over was. Tijdens het hardlopen heb ik het lied via spotify beluisterd. Lieve schat, jij hebt een steen verlegd. En wat voor steen. Een kei. Het water stroomt nooit meer zoals voorheen. Je hebt me zoveel geleerd. Zoveel liefde gegeven. Je hebt me laten zien wat dapper zijn is en doorgaan en daarbij bleef je lief en vrolijk. Ik vond het moeilijk om de vlinder te zien. Toen we klaar waren met sporten, heb ik tegen de mama van Coen verteld dat er een vlinder binnen klem zat. Ze heeft een bekertje gepakt en heeft daarmee de vlinder gered. Ik was opgelucht. De vlinder was vrij en leefde nog. Maar waarom heb ik de vlinder niet zelf gered. Waarom deed ik niks. En het ontzettend stomme is, dat ik daarna nog een kans heb gehad. Bij de buren zat er nog een zwaluwtje vast. Papa heeft deze ook weer bevrijd. Lieve Lars, vier diertjes in nood. Vier dieren die ik had kunnen helpen. Maar ik heb alleen gekeken. Waarom deed ik niks. En wat als jij wel terug op aarde kunt komen, ook al denk ik dat dat niet kan. Is dat iets waarvan ik helemaal niet weet wat ik denk of geloof. Met alles wil ik je gewoon terug hebben. Had ik je moeten redden. Maar ik heb je niet gered. Ik ben bij je weg gegaan. Het spijt me zo lieverd! Ik heb geprobeerd om het juiste te doen. Maar ik had bij jou moeten blijven. Waarom heb ik je niet kunnen redden. Waarom ben ik niet voor je opgekomen. Je bent alles voor me. Ik hou en hield zoveel van jou! Het spijt me zo!!! Mama houdt echt heel veel van jou lieverd!

Plaats een reactie

Ontwerp een vergelijkbare site met WordPress.com
Aan de slag